Mijn werk,
ontwikkeling en ontdekking
Door: Annelies
Gesquièrre Juni 2013
Het begon allemaal met een foto van mijn oma met
haar grootmoeder. Na een periode niet
wetende waar te beginnen, begon ik gewoon weg met het proberen exact na te
tekenen van deze foto.
Hier begon een
zoektocht naar nog meer familiefoto’s. Niet iedere foto deed er toe of sprak me
aan.
De foto’s die ik uiteindelijk gebruikte kwamen
bijna allemaal uit mijn eigen kindertijd of uit dat van mijn ouders. Verleden
en geen heden. Eerst gebruikte ik alleen houtskool en breide dat uit met zwarte
inkt, Siberisch krijt en wit pastelkrijt bij. De tekeningen werden steeds meer
doorwerkt en intenser. Tijdens het werken aan een tekening leek het net of dat
ik er steeds meer zelf een deel van werd en of dat ik erin werd gezogen. Elke
hoek, elke millimeter werd deel, niets werd ontzien of niet opgenomen.
De foto’s die ik uitkoos riep gaandeweg de vraag
op waarom ik die eigenlijk zo interessesant vond en wat mij dan boeide. En de
vraag waarom ik het belangrijk vond deze te vertalen naar een tekening. Want
wat het zeker niet was, was nostalgisch, dat was iets wat het niet moest zijn. Om
de diepere laag in mijn tekeningen te vinden werd mij aangeraden het boek ‘De
lichtende kamer’ van Roland Barthes te lezen.
Een aantal citaten uit het boek die mij
aanspraken:
‘Voorwaarde tot beeldvorming is het zien.’
“Zelf is een foto in geen enkel opzicht levend te
noemen, maar ik leef er van op: net als ieder willekeurig lotgeval of
gebeurtenis.’
“…gebeurtenis komt nooit terug en gaat nooit
verder, het valt buiten het kader.’
‘Wie zijn ogen dicht doet, laat het beeld spreken
in de stilte.’
‘Het waarlijk boven zichzelf uitrijzen van een
foto: is dat niet het enige bewijs van haar kunst? Zichzelf annuleren als
medium niet meer een teken zijn, maar het ding zelf?’
De uitdaging lag hier, het vertalen van een foto naar
een zelfstandig medium. Het terug halen van het moment, omdat het was, is
geweest en nooit meer terugkomt. Terughalen uit onze herinnering, even
aanraken, terugkeren naar dat moment met het besef dat het nooit meer weder zal
keren, het is weg, zal vervagen in het niets en alleen nog in onze gedachte en
gevoel verder voort blijven bestaan. Het ging om het verschijnen en het
verdwijnen.
In het algemeen zijn mijn tekeningen, zijn het
allemaal beelden, herinneringen en momenten waarbij wij ons kunnen identificeren
en die we allemaal wel hebben meegemaakt of een voorstelling bij kunnen maken
omdat het zo universeel is maar tegelijk ook een persoonlijke herinnering van
ons allen.
Vanuit de tekeningen begon ik het vertalen van de
foto’s op transparante sheets en van daaruit naar een bijna onherkenbaar abstract
beeld, knipsels vanuit zwart papier. Niet meer herkenbaar wie het is, alleen
nog een anonieme gebeurtenis of eigenlijk anonieme mensen vanuit een moment.
Blanco en
uitdaging
Na deze periode van een bijna intens ‘registreren’
van de familie momenten en herinneringen en het omvormen van deze foto’s tot een
zelfstandig medium en het persoonlijke en universele gevoel, diende zich er een
tijd aan van totale leegte.
Ik maakte nog
een groot knipsel naar een foto, een werk van samenvoeging van de
transparante sheets en een inkt tekening, maar daarna was ik compleet blanco.
In deze periode van het hebben van geen idee,
ontstonden er kleine abstracte werken. Ook greep ik even terug naar wat ik al
deed, beelden maken op transparante sheets, maar dit was een doodlopend spoor.
Ik deed een poging te werken met kleur, omdat dat ik dat wel wilde maar niet
van toepassing was en gevoelsmatig niet wilde in het werk wat ik voorheen
maakte.
Ik moest mijzelf tevens ook leren niet te denken
in een eindproduct, maar vertel dat maar eens aan perfectionist. Ik zag dit als
een uitdaging en moest mijzelf een paar keer vertellen dat het niet iets moest
worden, om zo mijzelf de vrijheid te geven van het ontstaan, waar ik zelf ook naar
verlangde, maar waar ik mee worstelde. Ik wilde mijzelf ook verrassen ergens
hunkerde naar het onverwachte.
Daar ging ik dan, zonder enige directie en in het
moment van uiterste frustratie, dat soms het beste resultaat opleverde, maar
toch liep het vaak niet op meer uit. En de vraag waarom ik nou toch niet
schilderde, maar mijn werk alleen ontstond uit geknipt, gescheurd, gekleurd
papier bestond. Deze vraag vervaagde naar lange tijd omdat dat nu gewoon weg
niet aan de orde was.
Lichtpunt,
bewondering en ontdekking
Uit elke worsteling ontstaat uiteindelijk een
lichtpunt en in dit geval uiteindelijk ook letterlijk.
Een studiereis naar Florence zorgde voor misschien
wel een overdosis aan kunst waarvan je toch niet ongeroerd van terug kon komen.
Dat bleek ook bij mij het geval alleen het besef kwam een tijd later. Ik voelde
wel iets na die week, maar kon het niet definiëren.
Het was niet de kunst in letterlijke zin die mij
persoonlijk had geraakt. Wel aan het eind van iedere dag leek het of dat
kleuren en beelden in elkaar doorliepen of door elkaar gemengd werden, niet dat
ik dat letterlijk zag maar zo voelde het en dat zien op een vreemde maar positieve manier gevoeliger werd.
Het eureka-moment kwam een paar weken later toen
ik op Utrecht Centraal moest overstappen om snel de trein naar Rotterdam te
halen. Ik liep door de grote centrale
hal, waar het altijd druk is. Waar er een immens grote verscheidenheid aan
mensen zich begeven naar hun bestemming van die dag. Ieder mens met zijn unieke
uitstraling en eigen verhaal. Dít was niet nieuw voor me, want dat is iets wat
mij altijd al intrigeerde , maar het was het volgende; het leek wel alsof alles
wat ik zag door mijn ogen werd ontleed, ik begon dingen die ik zag niet meer
als een vanzelfsprekend geheel te zien maar begon dingen te zien als eigen
vormen, vlakken, kleuren, motieven en hoe die dan bij elkaar waren
gerangschikt. Ik werd op dat moment bijvoorbeeld gepasseerd door een vrouw met
een zwart witte jas met verschillende motieven waarop zij een gekleurde
gebloemde tas droeg en uit die tas weer dingen uitstaken etc. Dit beeld werd
snel weer verstoord door een passant, en op dat moment wilde ik dat het geheel,
de mensen en alles wat bewoog even stil zou staan en ik daar dan even rustig
een kleine ronde kon maken om al die schoonheid te bewonderen.
Op dat moment besefte ik wat mij toen zo trof, het
was de sensitiviteit die mij toen in Florence zo getroffen had. De
sensitiviteit die mijn ogen zo gevoelig had gemaakt voor letterlijk alles wat ik
zag, niets ontkwam er aan, zelfs een eenvoudig kopje thee op een salontafel.
Ik vervolgde mijn experimentele fase, want dat was
de naam die ik aan deze maanden maar had gegeven, omdat ik op die manier mij de
vrijheid gaf dingen te ontdekken en het eindproduct-idee niet op de loer lag.
Ik bekeek nogmaals de foto’s die ik gemaakt had in
Florence. Ik deed een frappante ontdekking, ik maakte foto’s van licht,
lichtinval, schaduwen en tijdelijke momenten. Sommige foto’s konden bijna door
als abstractie.
Ik verzamelde allerlei beelden die ik interessant
vond, maakte knipsels zonder idee alleen met vorm of kleur en aquarellen als ik
het even niet meer wist en zo ontstond er een wand aan ideeën waaruit ik de conclusie trok dat
deze allemaal verband hadden met elkaar.
Dat gaf me een kick, dat ik had opengestaan voor het onverwachte en werd
ik nogmaals bevestigd dat in het onderbewuste er een grote rijkdom ligt.
Kunstenaars die mij inspireerde dit afgelopen jaar
(2012-3013): Koen van den Broek, Gustav Caillebotte (foto’s), Brian Clarke,
Peter Doig, Claire Harvey, Edward Hopper, Gary Hume, William Kentridge, Henri
Matisse, Paulien van Oltheten, Tall R,
Michael Raedecker, Wilhelm Sasnal, Jenny Scobel, Luc Tuymans, Koen Vermeule en
Kara Walker.
Op
hetzelfde spoor
Denkend dat ik op een heel nieuw spoor zat, dat ik
een nieuwe weg was ingeslagen, bleek het niet zo te zijn. De zijsporen leiden
toch weer terug naar het naar het pad waar ik al op liep.
Begonnen met de herinnering, het terughalen van
een moment, het besef van het tijdelijke en het fragmenteren hiervan. En de
‘Voorwaarde van beeldvorming is het zien.’- Roland Barthes.
By: Annelies Gesquièrre June 2013
It
all started with a picture of my grandmother with her grandmother. Of a period
not knowing where to start, I simply started to try to draw this picture with charcoal,
as exact as I could.
This
is where my journey started to find more of these family pictures. Something that
I found interesting was that not every picture was important. Maybe I started
to look for family pictures, because in a previous semester I was busy with
painting family portraits and had do dive into my own family history.
The
pictures I eventually choose were from my own childhood or that from my
parents. Past and not present. I first started with just charcoal and along
came black ink, Siberian chalk and white pastel. De drawings became more intense.
During working on a drawing it felt I started to almost become a piece of it, I
totally got sucked into it. Every corner, every millimetre got touched and
became part, nothing left unseen.
A
long the way I started wondering why I choose these pictures, what interested
and fascinated me. And the question why I found it- or why it felt so important
to me to translate them to a drawing. To find that deeper layer of my drawing I
got recommended to read ‘Photography’ by Roland Barthes.
A
few quotes from the book:
‘The
requirement of image formation is seeing.’
‘A
picture is in no single way able to call it alive, but I revive from it: just
like any random adventure or happening.’
“…a
happening never returns and will never continue, it falls outside the frame.’
‘One
closes their eyes, let the image speak in the silence.’
‘The
absolute arising above itself of a picture: isn’t that the only prove of one’s
art? The cancelation of itself as a medium not being a sign, but the thing
itself?’
So
the challenge was this: to translate the picture to an independent medium. To
get that moment back, because it was, has been and will never return. To get it
back from our memory, to touch it briefly, return to that moment to realize
that, that will never return, it’s gone, it will fade away into nothing and
that we can only get it back or will live and last in our head as a memory and
a feeling. Nothing can be more perfect as it in our minds. It is about appear
and it disappears on and on.
And
in general my drawings are these memories and moments is life we can all relate
to and are so recognisable. We all know them or can imagine how that was like,
its universal and yet personal for every one of us.
From
the drawings I started working on transparent sheets and from there to work on
an almost abstract unrecognizable image, black paper cut outs. Not being able
to identify who it is, only an anonymous happening or actually anonymous people
from out of a moment.
Blank and challenge
After
this period of almost intensely registration of family moments and memories and
to translate these pictures to an independent medium and the personal yet
universal feeling, there came a moment of total emptiness.
I
made another big paper cut out with a reference to a picture, a work with the
transparent sheets and an ink drawing, but after that I was completely blank.
In
this period of having no idea, there
arose little abstract works. I also revert to what I was already doing, making
images on transparent sheets, but this eventually happened to be a dead end.
I
attempt to work with colour, because I wanted to do that but it hadn’t been
relevant to me yet and also by feeling, I just didn’t want to use it.
I
also had needed to learn myself not to think in an end product, but try to tell
that to a perfectionist.
I
saw this as a challenge and had to tell myself that it didn’t had to actually
become something, to give myself the freedom to truly let things appear. This was
where I longing too but also where I was struggling with. I wanted to surprise myself and I yearned for
the unexpected.
So
there I went, without any direction and in the moment of utterly frustration.
That, I must say sometimes gave the best results, but at the end it didn’t
really go anywhere. And the question why I did not paint, but my work only
excited out of cut, torn and coloured paper. This question faded along when
time passed and also just because it simply wasn’t at order.
Luminous point, admiring and
discovery
Out
of every struggle, there is a luminous point eventually and in this case also
literally.
A
fieldtrip to Florence, Italy, which would give one an overdose of art but also
took care of the fact that you could not return unmoved in any kind of way.
That also seem the case with me, only I didn’t realize this until later. I
admit I felt something that week, but I could not define it.
It
was not literally the art that touched me. Although I must admit that at the
end of the day it looked like colours and images where overflowing or mixed
into each other. Not that I saw that literally of course, but that was how it
felt and also that seeing became
oddly sensitive in a positive way.
The
eureka-moment –if I may call it that- came a couple weeks later when I had to
transfer on Utrecht Central train station to quickly catch the train to
Rotterdam. I was walking in this big central hall where it is always busy.
Where a tremendous amount of diversity of people make’s one way to their
destination of that day. Every single person, unique and with his own story.
This wasn’t new for me, because that’s something that has always intrigued me.
It was this; it seemed that my eyes disable everything that I saw. I started
not by seeing everything as one object or seeing self-evident, but as forms,
shapes, colours, motives and how everything was arranged.
For
example, someone passed me by with a white-black jacket. The jacket had all
different motives. And on that jacket she wore a bag with a colourful flower
print on it and out of the bag different things stuck out of there etc. This
image got quickly interrupted and on that moment I wished that the everything,
all the people who were moving around that big central hall would freeze and
that I can take a unobstructed walk to admire all that beauty.
At
that moment I realized what had struck me back in Florence, it was the sensitivity.
The sensitivity made my eyes so delicate and fine that literally everything
that I saw, nothing could escape from it. Even a simple cup of tea on a side
table.
I
continued my experimental faze, that was the name I gave to these last couple
of months, because in that way I could give myself the freedom to discover and
the so called end product-idea wouldn’t lie in wait.
Ones
again I looked at the pictures I made in Florence. I did a striking discovery.
I made images of light, incidence of light, shadows and temporarily moments.
Some of them could even almost be an abstraction.
I
collected all kinds of images that I found interesting, made paper cut outs
without an idea only out of form or colour and aquarelle when I didn’t know
what to do. And in that way I developed a wall full of ideas, from which I
could conclude that, in this big variety they were all connected to each other.
That gave me a kick, that I had stand open for the unexpected and ones again
was confirmed that there lays a great richness in our sub consciousness.
Artists
that inspired me this last year (2012-2013):
Koen van den Broek, Gustav Caillebotte (foto’s),
Brian Clarke, Peter Doig, Claire Harvey, Edward Hopper, Gary Hume, William
Kentridge, Henri Matisse, Paulien van Oltheten,
Tall R, Michael Raedecker, Wilhelm Sasnal, Jenny Scobel, Luc Tuymans,
Koen Vermeule en Kara Walker.
On the same track
Thinking
I hit a new road, that I took a new way, it happened not to be so.
The
side-paths have let back to the path I was ones already walking on.
Starting
with the remembrance, getting back a moment from time, realize the temporarily
and the documentation of biographical
aspects . And
‘The requirement of image formation is seeing’ – Roland Barthes.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten